Irina Buga

“Het waren jaren vol met mogelijkheden en de meeste deden zich voor in Nederland. Toen mijn ouders uit Nederland vertrokken, besloot ik om hier te blijven en te gaan studeren, omdat mijn leven zich al hier afspeelde. Daarna ben ik ook voor een paar jaar naar het buitenland gegaan voor studie en werk maar daarna nam ik opnieuw het besluit om terug te komen naar Nederland omdat ik een bepaalde levensstijl miste. Ik heb van geen van deze beslissingen spijt.”
Irina Buga woont sinds haar dertiende in Nederland. Nadat ze de middelbare school had afgemaakt, ging ze sociale wetenschappen studeren aan het University College in Utrecht. Ze legde zich voornamelijk toe op juridisch onderzoek op het gebied van het internationaal recht aan de Universiteit Utrecht en heeft daarnaast als jurist gewerkt bij het Internationaal Gerechtshof in Den Haag. Daarna studeerde ze internationaal recht en internationale arbitrage in Oxford. Na een periode te hebben gewerkt bij een internationaal advocatenkantoor in Parijs, promoveerde ze in het internationaal recht. Naast haar promotieonderzoek volgde ze ook een bachelor Nederlands recht. Momenteel is ze advocaat bij De Brauw Blackstone Westbroek in Amsterdam.

Hoe ben je in Nederland gekomen?

Ik was 13 jaar oud toen ik in 2001 naar Nederland kwam. Mijn ouders zijn diplomaten en ik volgde hen. Ik heb op de internationale school in Den Haag gezeten. Ik heb de middelbare school dus in Nederland gedaan, maar wel in het Engels. Daarna ben ik met mijn universitaire studie begonnen. In de tussentijd zat de diplomatieke missie van mijn ouders in Nederland erop en werden ze op de volgende missie gezonden maar ik bleef in Nederland.

Terwijl ik in het begin weinig contact had met Nederlanders omdat ik naar een internationale school ging, veranderde de situatie toen ik naar de universiteit ging. Mijn opleiding was in het Engels maar de meerderheid van de studenten was Nederlands. Ik kreeg toen steeds meer Nederlandse vrienden. Sindsdien werd mijn leven alleen maar meer Nederlands, tot op het moment van vandaag, nu ik aangesloten ben bij de Nederlandse orde van advocaten.

 

Hoe was het begin voor jou hier?

Het contact met de Nederlandse maatschappij is geleidelijk gegroeid en begon op de universiteit. Ik ben gespecialiseerd in internationaal recht en bijna al mijn studies zowel in Nederland als in het buitenland zijn in het Engels geweest. Het contact met de Nederlandse taal verliep ook geleidelijk.

Hoe meer Nederlandse vrienden ik kreeg, hoe makkelijker het voor mij werd om de Nederlandse mentaliteit, en de culturele verschillen, te begrijpen. Zelfs nu leer ik nog steeds veel over de Nederlandse maatschappij want er zijn altijd internationale elementen geweest in mijn leven. Daarom duurde het een aantal jaar voordat ik me volledig geïntegreerd voelde, totdat ik de taal goed genoeg sprak om een Nederlandse advocaat te worden en ook om helemaal te begrijpen hoe de Nederlandse maatschappij in elkaar zit.

Ik heb in Nederland niet echt een cultuurschok ervaren. Ik vind het mooi dat iedereen fietst. Ik had eerder in de Verenigde Staten en Roemenië gewoond dus toen ik hier kwam merkte ik dit soort verschillen in levensstijl.

 

Wat bevalt je aan de Nederlandse maatschappij?

In de eerste plaats waardeer ik de bescheidenheid van Nederlanders. Extravagantie wordt hier niet gewaardeerd en men schept niet gauw op. Dat kan ik minder zeggen over de Verenigde Staten bijvoorbeeld, waar de mentaliteit anders is.

Het tweede element is persoonlijker. Mijn integratie in Nederland verliep relatief soepel omdat ik gesteund werd door Nederlanders: ik heb studiebeurzen ontvangen, ik heb alle mogelijkheden gekregen die Nederlanders ook hebben. Dat is ook een van de redenen waarom ik besloten heb om hier te blijven.

Ik denk in het algemeen dat het hier makkelijker is om te integreren dan in andere landen. Niet alleen omdat er een goede infrastructuur is en alles efficiënt verloopt, maar de administratieve problemen kun je ook in het Engels oplossen omdat iedereen Engels spreekt en begrijpt. Het zijn praktische aspecten die van belang zijn en die je niet in alle Europese landen tegenkomt. Nederlanders zijn open en heel praktisch.

 

Hoe belangrijk was het voor jou dat je wel of geen Nederlands sprak?

Ik denk dat het altijd erg nuttig is als je de taal spreekt, niet per se omdat je het iedere dag nodig hebt of dat je de taal nodig hebt om vrienden te maken—in het begin spraken mijn Nederlandse vrienden Engels met mij, dus de taal was geen obstakel—maar als je de taal spreekt, begrijp je de mentaliteit, de maatschappij en de cultuur waarin je leeft ook makkelijker. Nadat ik enkele jaren gestudeerd had aan verschillende internationale scholen en universiteiten, besloot ik dat het tijd was dat ik de taal actief ging spreken.

 

Hoe was de overgang van het leven als student naar het leven als werknemer op de Nederlandse arbeidsmarkt?

Het voelde zowel makkelijk als natuurlijk. Mijn vakgebied is internationaal recht. Ik werkte eerst bij internationale organisaties totdat ik besloot dat ik bij een advocatenkantoor wilde werken, in plaats van binnen de academische wereld. Daar koos ik voor mede omdat ik een bepaald werkritme wilde.

Ik ben op zoek gegaan naar grote Nederlandse advocatenkantoren met internationale werkzaamheden. De overgang was niet moeilijk.

 

Hoe zijn de verhoudingen op het werk?

De relaties tussen collega’s zijn heel goed in Nederland en dat heeft alles te maken met hun mentaliteit. Nederlanders hebben het niet op hiërarchie. Op kantoor waar ik werk is het bijvoorbeeld heel normaal dat je je mening geeft, om te sparren met een partner, dat je actief bent en zelfs als junior al verantwoordelijkheid neemt, iets wat ik fantastisch vind. Ook dat is anders dan wat ik in de Verenigde Staten en in Frankrijk heb gezien, of in Engeland.

Nederlanders houden ook erg van gezelligheid. Zelfs op het werk is sociale interactie belangrijk, ook al heb je het overdag erg druk, is het van belang om open te zijn. De afwezigheid van hiërarchie vormt samen met die gezelligheid een heel prettige combinatie die erg waardevol is. Ook al is het kantoor (extern) competitief, heerst er een ontspannen en niet-competitieve sfeer. Er zijn natuurlijk ook nadelen en soms heb ik ook minder productieve dagen.

 

 

Wat vind je niet fijn aan deze maatschappij?

Wat mij minder aanstaat is dat je alles van tevoren moet plannen, ik mis soms wat meer flexibiliteit en spontaniteit. Zelfs een afspraak met je beste vrienden voor op een donderdag over een maand moet je nu al inplannen, dat vind ik ietsje minder ‘gezellig’.

 

Wat betekent succes voor jou?

Succes ligt voor mij niet alleen op het gebied van werk. Wat het werk betreft betekent succes dat je iets kunt doen wat je echt leuk vindt, dat je je dat kunt veroorloven. Voor mij betekent het dat je een goede baan hebt, die je leuk vindt, in combinatie met een rijk sociaal en persoonlijk leven. Die combinatie kun je in Nederland makkelijker voor elkaar krijgen dan in andere landen. Vooral in mijn vakgebied, waar je soms lange en intensieve dagen maakt. Voor mij is die balans heel belangrijk. Ik heb een behoorlijk actief sociaal leven en ik wil vaak afspreken met mijn vrienden, ik heb ook een verloofde met wie ik meer tijd wil doorbrengen, samen uitstapjes maken en ik wil mijn familie, die nog steeds in het buitenland woont, ook graag zien. Dus voor mij zal het altijd belangrijk zijn om niet alleen voor mijn carrière tijd te hebben, maar ook voor mijn privé leven. Zo lang het lukt om in beide gelukkig te zijn, ben ik succesvol.

 

Hoe kijk je aan tegen al die jaren dat je in Nederland woont?

Heel positief. Ze zijn heel snel voorbij gegaan en ik heb nergens spijt van. Het waren jaren vol met mogelijkheden en de meeste deden zich voor in Nederland. Toen mijn ouders uit Nederland vertrokken, besloot ik om hier te blijven en te gaan studeren, omdat mijn leven zich al hier afspeelde. Daarna ben ik ook voor een paar jaar naar het buitenland gegaan voor studie en werk maar daarna nam ik opnieuw het besluit om terug te komen naar Nederland omdat ik een bepaalde levensstijl miste, een balans tussen werk en privé. Ik heb van geen van deze beslissingen spijt.

 

Hoe verhoud je je tot de Roemeense gemeenschap in Nederland?

Ik heb contact met de Roemeense gemeenschap en heb ook Roemeense collega’s. Helaas heb ik persoonlijk weinig mogelijkheden om meer met Roemenen om te gaan. Maar ik probeer van elke gelegenheid gebruik te maken.

Waarom? Zelfs na zoveel jaar in Nederland voel ik me nog steeds Roemeens, ik wil contact hebben met Roemenen hier en wil ook een paar keer per jaar naar Roemenië gaan, niet alleen voor familie, maar simpelweg om te weten dat ik er ben geweest. Het is een kwestie van identiteit.

 

Welk advies heb je voor een Roemeen die nu naar Nederland zou willen komen?

Als je het gevoel hebt dat je in Nederland meer mogelijkheden hebt dan in Roemenië, dan zou het een goede beslissing kunnen zijn. Je moet openstaan voor nieuwe ervaringen. In het begin is de Engelse taal essentieel, maar als je hier op de lange termijn wil blijven, raad ik je aan om uiteindelijk de Nederlandse taal te leren, om het land waar je in woont beter te kunnen begrijpen. Bereid je voor op een andere mentaliteit dan die in Roemenië, maar het is een open mentaliteit. Denk ook goed na over wat je plan is voor de lange termijn.

 

 

 

Interview door Claudia Marcu

Vertaling door Daniël Schenkeveld, Jan Willem Bos

Portret foto: Cristian Călin –  www.cristiancalin.video

Facebook
Google+
Twitter
LinkedIn