Dorina-Maria Buda

““succes voor mij iets ongrijpbaars is, het is iets doen wat ik leuk vind, iets wat me motiveert, iets waarmee ik ook anderen help.””
Dorina-Maria Buda werd geboren in Vișeu de Sus, Maramureș, Romenië. In 2012 verhuisde ze naar Nederland, nadat ze in Nieuw Zeeland was gepromoveerd. Geboren in Viseu, groeide ze op in Satu Mare en ging ze in Baia Mare en Boekarest naar school om vervolgens haar studie voort te zetten in Duitsland, China, Zwitserland en de Verenigde Staten. Dorina-Maria Buda verdiept zich heden ten dage in de geografie van toerisme in conflictgebieden. Haar onderzoek op dit terrein wordt ondersteund door verschillende fondsen, waaronder het ‘Rosalind Franklin Fellowship’ die bijna 6 ton bijdroeg en in 2013 door de Universiteit van Groningen. Ook de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) droeg een kwart miljoen Euro bij. In 2015 publiceerde ze in Groningen het boek ‘Affective Tourism – Dark Routes in conflict’, een onderzoek monografie over affectieve en emotionele geografieën. Recent is ze benoemd als hoogleraar Tourism Management en hoofd van het International Centre for Research in Events, Tourism and Hospitality (ICRETH) dat een onderdeel vormt van de School of Events, Tourism and Hospitality Management, Leeds Beckett University Vereniging Koninkrijk. . Haar lievelingsproject is: http://affectivetourism.com/index.php/research/affective-and-emotional-geographies-of-tourism-in-times-and-places-of-turmoil/

Wat heeft je naar Nederland gebracht?

In 2012 heb ik mijn doctoraat in Aardrijkskunde en Toerisme behaald in Aotearoa Nieuw-Zeeland en ben ik op zoek gegaan naar een baan, ergens dichter in de buurt van mijn ouders, die in Roemenië wonen. Ik dacht dat het handiger was als we tenminste in dezelfde regio woonden, in Europa. Ik heb mijn cv rondgestuurd naar de landen waar ik kansen op een baan meende te hebben: Nederland, Groot-Brittannië, Scandinavië. Toevallig kwam het eerste antwoord uit Nederland, een aantrekkelijk pakket met goede secundaire arbeidsvoorwaarden, en ik heb besloten het aanbod aan te nemen. Dat had ik gekregen van een universiteit voor toegepaste wetenschap en het betrof een aanstelling als Senior Lecturer aan de Saxion University of Applied Sciences.

 

Hoe was het begin?

Het begin was interessant, vol energie, zoals ieder begin op een nieuwe plek. Ik heb een jaar in Deventer gewoond, waarna ik koos voor een aanstelling als universitair docent aan de Universiteit van Groningen, met een Rosalind Franklin Fellowship voor onderzoek naar de geografie van het toerisme in conflictzones.

Van nature ben ik een nieuwsgierig iemand. Deventer is een charmante, kleine stad, ik vond het daar heel fijn. Ik heb me ook ingeschreven voor een cursus Nederlands voor beginners. Zoals ik zei, was het begin prettig, fijn, ik denk met veel genoegen terug aan mijn eerste jaar in Nederland, in Deventer.

 

Heb je een cultuurschok gehad?

Nee, je zou het geen schok kunnen noemen. Vóór Nederland heb ik in 7-8 andere landen gewoond, ik kan niet zeggen dat ik me nog laat verrassen door een plaats, door een stad, door een cultuur. Het kwam als een gastvrije cultuur op me over.

Wat me opviel, was dat heel veel mensen op straat rookten. In de Verenigde Staten van Amerika en Nieuw-Zeeland ­– vooral in Nieuw-Zeeland worden tabaksproducten niet zichtbaar uitgestald –  had ik gezien dat er veel minder gerookt werd. Ik vond dat er hier heel veel gerookt werd en vooral op straat. Dat verbaasde me en is me bijgebleven.

 

Hoe kijk je terug op deze periode (in Nederland)?

Mijn ervaring in Nederland is onder een gunstig gesternte tot stand gekomen, op professioneel gebied heeft mijn werk erkenning gekregen door middel van een VENI-beurs van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek, die een slagingspercentage kent van 10-12%. Dankzij mijn werk zijn er interviews met mij verschenen in de VolkskrantHet Parool,Dagblad van het Noorden, enz.

Mass-media Interviews

Deze publicaties hebben mij de kans geboden om mijn onderzoek bij een breder publiek bekend te maken. Op maatschappelijk gebied heb ik steun gekregen om mijn eerste huisje te kopen, van mijn eigen geld.

 

Hoe voel je je binnen de Nederlandse samenleving?

De Nederlandse samenleving kan heel gastvrij zijn wanneer je zo bescheiden bent om hun manier van leven na te volgen, door te fietsen en zuinig en duurzaam te zijn.

Ik heb een cursus Nederlands gevolgd, maar ik spreek de taal nog niet vloeiend en hoewel ik goed kan opschieten met mijn Nederlandse collega’s, kan ik niet zeggen dat ik zo goed bevriend ben geraakt met Nederlanders dat ik samen met hen weekends of vakanties doorbreng. Ja, de Nederlanders zijn gastvrij en vriendelijk, maar bevriend raak je pas na verloop van tijd, als je hun taal vloeiend spreekt, hun tradities kent enzovoort. Ik heb Nederlandse collega’s en kennissen, we komen bij elkaar op bezoek, maar niet erg vaak.

Ik heb ervaring opgedaan met de Nederlandse samenleving in verband met het kopen van een huis. Het is heel interessant dat ik, al spreek ik de taal niet erg goed, erin ben geslaagd een huis te kopen en heel eenvoudig alle contracten heb kunnen tekenen, omdat alle documenten mij tweetalig (in het Nederlands en het Engels) werden voorgelegd, met de aantekening dat de Nederlandse versie de wettelijke was. Het is een gastvrije samenleving, die je steunt.

Waar is thuis? Voor mij is thuis in een van de acht landen waarin ik heb gewoond. Ik heb altijd gereisd met een Roemeens paspoort, dat gaat niet veranderen. Ik heb nooit gekozen voor een andere nationaliteit, voor een ander paspoort. Maar ik heb sinds 2001 niet meer in Roemenië gewoond, zodat de term thuis voor mij behoorlijk fluïde is. Mijn wortels liggen in Roemenië en zullen altijd in Roemenië liggen.

 

Wat betekent succes voor jou?

Succes wordt voor mij niet gemeten in bankrekeningen of auto’s. Ik heb geen materialistische benadering van succes, maar ik moet ook kritisch zijn en toegeven dat ik een goed en stabiel inkomen heb, ik heb een dak boven mijn hoofd. Een auto heb ik niet, want ik houd te veel van het milieu om het met een auto te vervuilen… Welnu, dit alles maakt het voor mij mogelijk om te zeggen dat succes voor mij iets ongrijpbaars is, het is iets doen wat ik leuk vind, iets wat me motiveert, iets waarmee ik ook anderen help.

Succes is dat je je talenten ontdekt en dat je weet hoe je die moet aanwenden om het goede van een gemeenschap te dienen, ongeachte welke gemeenschap dat is.

 

Hoe sta je tegenover de Roemeense gemeenschap in Nederland?

Ik verwelkom en ondersteun ieder project dat beoogt de gemeenschap van Roemeense mannen en vrouwen hechter te maken. Dat zou niet alleen emotionele en individuele voordelen bieden voor degenen die sociale contacten willen onderhouden met andere landgenoten en landgenotes, maar ook collectieve voordelen en daarmee doel ik op het imago van Roemenië en van de Roemenen in Nederland.

 

Wat voor advies zou je geven aan iemand die nu naar Nederland zou willen komen?

Ik durf geen adviezen te geven en meer Roemeense mannen en vrouwen aan te moedigen om uit Roemenië te emigreren. Maar toch zou ik zeggen: kom vol bescheidenheid, begrip en met een open hart.

Voor mij is het van erg groot belang geweest dat ik qua opleiding goed was voorbereid en daardoor zijn er voldoende deuren voor mij opengegaan, ik heb genoeg kansen gekregen dankzij mijn opleiding. En ik denk dat dit mijn advies zou zijn: investeer in je opleiding en kijk waar je mogelijkheden ziet om je te blijven ontwikkelen, om een visie voor een betere toekomst te ontwikkelen.Dacă ai carte, ai parte” [Een goede scholing opent alle deuren], zeggen wij. In deze landen met een meer ontwikkelde economie – Engeland, Nederland, Frankrijk – openen zich werkelijk alle deuren als je een goede opleiding hebt.

Ik heb het naar mijn zin gehad in Nederland. Op dit moment ben ik in Engeland, in Leeds, maar ik zal blijven samenwerken met mijn collega’s in Nederland. Maar wellicht kom ik terug voor een andere baan of kies ik voor een nieuwe beurs. Ik doe de deur naar Nederland niet dicht. Mijn verhaal krijg nu zijn vervolg in Leeds, maar een deel van mij zal altijd in Groningen blijven.

Waar gaat je hart naar uit?

Mijn hart gaat uit naar: het bevorderen van vrede, begrip en de sociaal-culturele acceptatie van diversiteit door middel van toerisme en reizen.

Nota: Luister hoe Prof. Dorina-Maria Buda legt de kracht van toerisme en emoties uit om bruggen te slaan naar vrede, om verbindingen te leggen in plaats van scheiding in deze tijden van tumult en conflict.

https://www.youtube.com/watch?v=lTsEE7TCSuM

 

Interview door Claudia Marcu en Alexandru Iosup

Vertaling door Jan Willem Bos

Facebook
Google+
Twitter
LinkedIn